reflectie78(1-2).vp
Fraaie bundel met teksten van Krishnamurti Jiddu Krishnamurti werd door de Dalai Lama één van de grootste denkers van de twintigste eeuw genoemd. In meer dan 75 boeken in 22 talen is zijn visie de wereld overgegaan. Bij Ankh-Hermes verscheen onlangs de bundel ‘Wat doe jij met je leven?’. De teksten van het boek zijn ontleend aan de boeken, de opgetekende en opgenomen dialogen en openbare lezingen van Krishnamurti. Door het op deze manier bundelen van deze teksten is er een heel aantrekkelijk en boeiend boek ontstaan. In tal van ge- sprekken met mensen, afkomstig uit verschillende culturen en milieus, heeft Krishnamurti getracht antwoorden te vinden. Hij doet dat op zijn onnavolgbare en onbevooroordeelde manier, vooral door vragen te stellen. Zijn redeneringen zijn helder en voor iedereen te volgen. Ze zijn doortrokken van ieder mens- beeld en verwerpen elke autoriteit buiten onszelf. Dat is wat mij altijd in hem heeft aangesproken: in deze tijd mag ik zelf bepalen hoe ik mijn leven inricht, daar heb ik geen autoriteit, priester of dominee voor nodig. Krishnamurti is een meester in kernachtige teksten, zoals de hierna volgende. “Het lijkt me dat je de geweldig ingewikkelde problemen van het leven niet kunt begrijpen en oplossen, als je niet begrijpt hoe onze geest werkt. Dat begrip krijg je niet door boekenkennis. De geest is, op zichzelf beschouwd, een heel in- gewikkeld probleem. Door het begrijpen van je eigen geest kun je misschien de crisis gaan begrijpen, waar iedereen in het leven mee te maken krijgt, en die crisis te boven komen.” “We zien dat de wereld van haat in deze tijd oogst binnen- haalt. Deze wereld van haat is in het leven geroepen door onze vaders en voorvaders in onszelf. De onwetendheid gaat dus oneindig ver terug in het verleden. Zij is niet vanzelf ontstaan. Zij is het resultaat van de onwetendheid van de mens, niet- waar? Wij hebben als individuen samengewerkt met onze voorouders, die met hun voorouders dit proces van haat, angst, hebzucht, enzovoorts, in gang hebben gezet. Nu nemen wij als individuen deel aan deze wereld van haat, zolang we ons er af- zonderlijk aan overgeven.” ”De wereld is dus een uitbreiding van jezelf. Als je als per- soon de haat wilt vernietigen, moet je als persoon ophouden met haten…” Het is verleidelijk meer te citeren uit dit schitterende boek, dat een steun kan zijn bij het zoeken naar onze eigen weg. Het biedt momenten van reflectie en bezinning, van even tijdloos stilstaan bij de dingen die er zijn. Ten slotte nog één citaat: “Introspectie is zelfverbetering en daarom is introspectie egocentrisch. Gewaar zijn is geen zelfverbetering. Integendeel, het betekent het einde van het zelf, van het ‘ik’, met al zijn eigenaardigheden, herinneringen, eisen en strevingen. Introspectie gaat samen met identificatie en veroordeling. Bij gewaar zijn komt geen identificatie of veroordeling kijken en daarom is het geen zelfverbetering. Er is een geweldig verschil tussen die twee. Wie zichzelf wil ver- beteren kan zich nooit bewust zijn van zichzelf, omdat verbe- tering veroordeling inhoudt en het bereiken van resultaat. Terwijl gewaar zijn observatie zonder veroordeling, zonder ontkenning of aanvaarding is”. LdK J. Krishnamurti: ‘Wat doe jij met je leven?’. Jonge mensen en relaties, opleiding, toekomstig werk en de zin van je leven. Ankh-Hermes 2003 Als Valentinus nu eens paus geworden was? Bepaald geen geringe prestatie om op je zevenentachtigste nog een omvangrijk boek het licht te doen zien. De man die ook wel de vader van de Gnosis wordt genoemd, Gilles Quispel, promoveerde zestig jaar geleden op een geschrift van kerkva- der Tertullianus uit de derde eeuw na Christus. Tertullianus was een fel tegenstander van de leer van Valentinus en be- streed deze in zijn vele publicaties waar hij maar kon. Toch hebben we het aan Tertullianus te danken, dat we nu meer weten van die gnostische mysticus van wie weinig of niets bewaard bleef, zoals de oude kerk dat wel meer liet ge- beuren met vele haar onwelgevallige publicaties en geschriften van ‘ketters.’ Het in Nag Hammadi gevonden Evangelie der Waarheid wordt aan Valentinus toegeschreven. Quispel levert in zijn boek een nieuwe vertaling – met erudiet commentaar op dit Evangelie der Waarheid van deze Valentinus. Terecht wijst Ja- cob Slavenburg er in het tijdschrift Prana op, dat dit geen evangelie is zoals de bijbelse evangeliën, maar meer een fijn- zinnige meditatie over de Logos die als Zoon van de Vader ge- komen is om ons Gnosis of – zoals Quispel dat zo mooi zegt – kennis des harten bij te brengen. Hierdoor zijn we in staat ons te verlossen van onze bindingen met deze materiële wereld, door deze op een geestelijke manier te beleven. Wel in de we- reld, maar niet van de wereld. Valentinus (ca. 100-160) was de grootste gnosticus aller tijden (hij werd bijna paus van Rome) en stichtte een vrije ho- geschool voor geesteswetenschappen door het gehele Romein- se rijk. Kern van zijn leer is, dat in de mens een goddelijke vonk sluimert, die door Christus wordt gewekt. Pas zeer onlangs is meer bekend geworden over Valenti- nus’ leven en dichterlijke wereldbeeld en over de verwant- schap van Jacob Böhme, Novalis en Hegel met hem. Hij was een romanticus pur sang en je kunt je afvragen wat er met de oude kerk gebeurd zou zijn, als hij paus geworden was. De eigenlijke bespreking laat ik graag over aan Johan Pa- meijer en ik beperk mij tot deze aankondiging. Wel verklap ik alvast, dat ik het boek tot in de kleine uurtjes doorlas. Quispel kan schrijven en boeien. In 1952 kocht hij de gnostische Codex, na 1965 gaf hij het Evangelie van Thomas uit en publiceerde nog enkele belangwekkende boeken. – Ldk Gilles Quispel: ‘Valentinus de gnosticus en zijn Evangelie der Waarheid’. Uitgeverij In de Pelikaan. Distributie door de Rozekruis Pers te Haarlem. Een Manicheïsche Lichtkerk? Johan Pameijer heeft wel eens geopperd de VKK een Ma- nicheïsche Kerk te gaan noemen. Wie het boek ‘Mani’s Licht- schat’ leest weet waarom. In 1930 werden in Egypte papyrusresten ontdekt met tek- sten van Mani (215 – 277). Een bloemlezing is door de Roze- kruis Pers samengebracht in de schitterende bundel ‘Mani’s Lichtschat’, verlucht met zeer fraaie Manicheïsche miniaturen. Het manicheïsme was van de 3 de tot de 10 de eeuw verbreid tot in de verste uithoeken van de toen bekende wereld. De lichtboodschap van Mani gaat uit van een christelijke gnosis. Hij getuigt van het bestaan van twee natuurorden: het lichtrijk van de Geest en het duistere rijk van de stof, de hyle. 42 Reflectie 1 (1-2) september 2004 Boekbesprekingen
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy MjA2NzQ=