reflectie14(3).vp

Verwijzingen/literatuur 1. Canon van de geschriften. In die tijd – eind 2e eeuw – was de canon van Nieuwtestamentische boeken nog niet vastgelegd. Dat kwam pas veel later: in 367 n.Chr. deed Athanasius (ca 296- ca 373, kerkvader, bisschop van Alexandrië) zijn 39e rondzendbrief uitgaan met daarin een lijst van de 27 canonieke boeken van het Nieuwe Testament zoals wij die kennen. Maar einde 2e eeuw werd vrijwel algemeen aanvaard dat er slechts vier evangeliën waren (Mt, Mc, Lc en Joh) , die samen met de Handelingen en de brieven de status van geïnspireerde Schrift toekwamen. 2. Gnostische bronnen 1.1 The Nag Hammadi Library (NHL) in English, J.M. Robin- son, 19771, , 19842, Brill, Leiden. Dit oorspronkelijke werk is uitgangspunt van: 1.2 De Nag Hammadigeschriften, integrale vertaling van alle teksten uit de Nag Hammadi Codices (NHC) en de 19e eeuw- se Berlijnse codex (BC), J. Slavenburg, W. Glaudemans, dl 1 en dl 2, 19941, 20005, Ankh-Hermes; in één deel 20041, 20053. De BC bevat ook het Evangelie van Maria Magdalena. Deze codices betreffen grotendeels gnostische teksten die be- schrijvingen geven van mensen en voorvallen die ook in het Nieuwe Testament voorkomen, maar vanuit een geheel ander gezichtspunt worden belicht. 1.3 Het Evangelie van Judas. Dit evangelie, gedateerd vóór 160 n.Chr., en voor het eerst gepubliceerd in 2006, bevat gnostische elementen die in enkele NHC gnostische geschrif- ten (Evangelie der Egyptenaren, Geheime Boek van Johannes, Wijsheid van Jezus Christus) in meer uitgewerkte vorm wor- den weergegeven. Het behoort tot de Tchacos Codex. 3. Het Evangelie van Judas – inleiding, vertaling, toelichting, J. van Oort, Ten Have 20073 4. I n Spreuken (8:1,22-29;6:30), Wijsheid van Salomo (1:6;6:30;7:25,27,29;8:3,4 en andere verzen) , en Wijsheid van Je- zus Sirach (1:4;24:9 en andere verzen) . De beide Wijsheidsboe- ken zijn niet opgenomen in de Hebreeuwse canon; het veel oudere boek Spreuken wel. In het artikel God in beelden (Ref- lectie nr 1, voorjaar 2006, blz 5-7) zijn ook deze Hebreeuwse boe- ken ter sprake gebracht. 5. Het lege graf (Lc 24:1-8) .; de ‘ongelovige’ Thomas mag Jezus aanraken, (Lc 24:36-51) 6. Maria Magdalena die hem als eerste zag na de kruisiging, hem voor de tuinman hield, maar hem niet mocht aanraken, (Joh 20:11-17a) ; de verschijning in een afgesloten ruimte waar zijn volgelingen zaten (Lc 24:36-51) ; de ‘Emmausgangers’ (Lc 24:13-32). * * * 10 Reflectie 4(3) herfst 2007 Runderen in ochtendnevel - foto: Rudolf H.Smit

RkJQdWJsaXNoZXIy MjA2NzQ=