VKVisie
Tijdschrift van de Vrij-Katholieke Kerk in Nederland

Vorige Home Boven Volgende

Michaël was een Iraanse lichtgod

Johan Pameijer

De crypte onder vele christelijke kerken lijkt verdacht veel op het Romeinse heiligdom van de lichtgod Mithras. Gewoonlijk dringt in deze onderaardse ruimte geen daglicht binnen. De duisternis is er ondoorgrondelijk. In de middeleeuwen begroef men hier zijn geëerde doden in de hoop dat zij uit de duisternis tot het licht zouden komen. Vele eeuwen eerder, tot diep in de vierde eeuw, heette deze crypte het Mithraeum, de grot der wederopstanding van Mithras, de Iraans-Romeinse god die met niemand minder dan de aartsengel Michaël wordt vereenzelvigd.

Het heiligdom van Mithras symboliseerde de wereld. Op de gewelfde zoldering waren de twaalf sterrenbeelden geschilderd. Officianten en ingewijden, die zich in het verlaagde middenschip en op de verhoogde zijpodia bevonden, zagen niet alleen op naar dit zinnebeeldige heelal, maar keken met diep ontzag naar de verhoogde apsis op de achtergrond met het portret van de stierendodende Mithras. De beide toortsdragers aan weerskanten verleenden het beeld een ceremonieel karakter. Uit de houding van de dodende godheid sprak een liefdevolle rituele daad. Een hond is bezig het bloed op te likken en aan de staart ontspringen de korenaren voor het rituele brood dat samen met de wijn door de ingewijden genuttigd zal worden. De beide fakkeldragers stellen de opgaande en ondergaande zon voor, want Mithras was een zonnegod, een voorstelling van het levende licht dat sluimert in de donkerte van de menselijke ziel.

Voordat wij het wagen de rituelen van Mithras tot afgoderij te veroordelen halen wij ons het kruisbeeld voor ogen dat vele kerken siert. Een zwaar gekneusde man, de verdraaide armen uitgerekt en de handen verscheurd, de borstkas ingevallen en bloedsporen op het gefolterde lichaam, een blik van doodsangst op het door een doornenkroon gekwetste hoofd. Daar hangt het vereerde icoon van het Christendom, nauwelijks minder gruwelijk dan de gedode stier, het Lam gedood voor de grondlegging der wereld. De eerbied waarmee vele Christenen opzien naar de deerniswekkende gekruisigde is zeker vergelijkbaar met het respect van de Mithras-gelovigen voor de doodgestoken stier.

Terwijl moderne Christenen worden gedoopt in het bloed van het Lam ondergingen de ingewijden van Mithras letterlijk de weerzinwekkende doop met het verse bloed van de stier. Gekleed in een wit gewaad bevonden zij zich in een kuil, door een raster afgedekt, waarboven de stier de keel werd doorgesneden. Het warme bloed gutste naar beneden en doordrenkte het gewaad van de myste, die door de bloeddoop de geestkracht van het doorgestoken sterrenbeeld van de Stier mocht opnemen. Evenzo werd de Christen ondergedompeld in het bloed van de astrologische Ram om daarna te verrijzen in het Vissenteken van de Christus.

Teruggekeerd in het Mithraeum vestigen wij onze blik nogmaals op de stierendodende Mithras. De gelijkenis van de strijdbare jonge god met de hoog vereerde aartsengel Michaël bij Joden, Christenen en Mohammedanen is vroegere geleerden al opgevallen. Onomwonden maakt G.R.S. Mead daar melding van in zijn boek "De mysteriën van Mithra". Michaël staat bekend als de grote held van de oorlog tegen Satan, die wordt voorgesteld als een draak. De dappere voorvechter van God draagt een vervaarlijk zwaard waarmee hij de afschuwelijke draak te lijf gaat. Dat maakte indruk. Vele landen, steden en kerken kozen Michaël als hun schutspatroon. Hij was immers in staat hen te helpen bij het verslaan van de vijanden van God.

Talrijke bijbelse daden worden aan hem toegeschreven. Hij zou Mozes zijn verschenen in het brandende braambos en Abraham hebben weerhouden zijn zoon te offeren. Michaël verdedigde Jeruzalem tegen de overmacht van Assyrische soldaten en volgens Openbaring 20:1 daalde hij uit de hemel neer met de sleutel van de afgrond in de hand, greep de draak en bond hem duizend jaren. Michaël, ook wel Sint Joris, genaamd, en de draak is tot een veelgebruikt Christelijk symbool uitgegroeid.

Recentelijk nog voerde de strijdbare aartsengel de Israëlische legers aan tegen de Egyptenaren in de Sinaï-woestijn en zijn optreden aan het hoofd van een Engelse legermacht in de slag tegen de Duitse aanvallers uit de eerste wereldoorlog is met verbijsterende heftigheid vastgelegd in de annalen van de Duitse weermacht. Michaël vechtend met de draak of Mithras strijdend met de stier blijken archetypische iconen van het diepste religieuze besef.

Een levensverhaal
Aan de hand van de lichtgod Mithras kunnen we de levensgeschiedenis van de aartsengel Michaël vrij nauwkeurig reconstrueren. Mithras vindt zijn oorsprong in de Indische Veda's. Onder de naam Mitra bewaakt hij de kosmische orde en symboliseert door zijn aanwezigheid de liefde, harmonie en wijsheid. Zijn betrokkenheid bij de spirituele verlichting van ingewijden staat al vanaf zijn oorsprong vast. Niet alleen de Veda's maken melding van Mitra, ook de traditie van de Iraanse Zarathustra kent de lichtgod van nabij. In de hymnische Yasht is hij de levenbrengende natuurgod. Als bewaker van de gerechtigheid brengt hij het tot de krijgsgod van Perzië. Men noemt hem de krijgsman met de witte paarden en de grootste overwinnaar onder de goden. Een bijna ongelooflijke coïncidentie is zijn reeds genoemde verschijnen in de eerste wereldoorlog aan het hoofd van een Britse legermacht, gezeten op een groot wit paard! Naar Mead meedeelt worden de vier elementen in de liturgie van Mithras voorgesteld door vier paarden, van wie het witte het hoogste principe vertegenwoordigt.

De Mitra van de Perzen gaat door als een uitgesproken bemiddelaar tussen de goede hoofdgod Ahoera Mazda en de mensheid. Bewakend, beschermend en bemiddelend staat deze godheid zo in het licht dat zijn associatie met de Zon voor de hand ligt. Zoals wij er nu tegenaan kijken was de oude Mitra, zowel in de Veda's als in de Zend-Avesta een soort Christus-figuur, een onmiskenbare bemiddelaar naar het type van de latere Michaël. Door de veroveringstochten van Alexander de Grote verlegde Mitra zijn invloed naar het westen. Zo bereikte hij Klein-Azië, Mesopotamië, en via de Griekse wereld zelfs het Rome van de allereerste Christenen. Reeds in het jaar 80 na Christus maakt de dichter Papinius Statius voor het eerst melding van het stierenoffer in verband met Mithras.

De verbreiding van het Mithraïsme tot aan de boorden van Donau en Rijn is een gevolg van de Romeinse veldtochten. De Romeinse legermacht beschouwt hem als haar goddelijke aanvoerder in haar strijd tegen wat zij voor het kwade aanziet. Werkend in de duisternis van duivelse veldslagen gaat Mithras als een ware Michaël voor in de strijd en overwint de vijand. Voortdurende verplaatsing van de Romeinse legionen verbreidde de snel groeiende godsdienst van Mithras onder de Germaanse volken en zijn belofte van verlossing en wederopstanding uit de aardse hel won duizenden burgers voor zijn mysterieuze erediensten. Overal werden Mithraeïsche heiligdommen uitgegraven en vereerde men de stierendodende lichtgod als de bemiddelaar van de hoogste godheid die de duivelse draak versloeg in de gedaante van de machtige stier.

Het duurde niet lang of het Mithraeïsme kwam onder het vuur van de Christelijke kerkvaders te liggen. De eredienst van Mithras zou de eucharistie van de Christenen imiteren. Zelfs zijn geboorte in een grot op 25 december zou van de Christenen gestolen zijn. Voor het gemak vergaten de kerkvaders dat Mithras, de onoverwinnelijke Zon van de Romeinen, duizenden jaren ouder was dan hun jeugdige Christelijke Kerk. Desondanks verdreef de machtige, goed geleide kerk, de ongeorganiseerde cellen van het Mithraïsme. Langzamerhand smolt de religie van Mithras weg. Om haar spoedige verdwijning te bevorderen nam de kerk belangrijke onderdelen van haar eredienst over, tot de geboortedatum van Mithras en de communie aan toe. Bovendien verwierp de Kerk het heidense inwijdingskarakter van Mithras en concentreerde zich op de theologische onderbouwing van haar erediensten.

Met het uitsterven van de Mithras-religie verdween de laatste Mysteriedienst. Naar G.R.S. Mead beweert verborg het Mithraïsme zich in het aanverwante Manicheïsme dat lang bleef bestaan als een toevluchtshaven voor de gnostieken en mystieken. Ook de wijdverspreide Manicheeën redden het niet tegen de agressieve opkomst van Christendom en Islam, maar in haar verstrooiing droegen Bogomielen, Albigenzen en Katharen de laatste resten van de verdwenen religie van Mithras met zich mee.

Mysteriën van Mithras
Het is bekend dat de antieke Mysteriën er verre van fijnzinnige praktijken op na hielden. Ook de metafoor van het geslachte Lam ter verlossing van onze zonden is van de ruwe soort. De Christelijke Kerk ritualiseerde deze ceremoniële gewelddaden tot minder confronterende metaforen. Zo nuttigen wij brood en wijn als symbolen van vlees en bloed van Christus. Dit christelijke gebruik is naar algemeen oordeel overgenomen uit de Mysteriën van Mithras. De ingewijden in het Mithraeum consumeerden tijdens de eredienst het brood, gebakken van het graan wat aan de staart van de gedode stier ontsproten was.

Van de eredienst is verder weinig bekend. Voordat zij tot de viering in de grottempel, dat het hartheiligdom voorstelde, werden toegelaten ondergingen de kandidaten heilige wassingen. Geblinddoekt en met geboeide handen moesten zij over een waterbekken springen, waarna een priester hun boeien doorsneed ter symbolisering van de wedergeboorte. Verder was de kandidaat zinnebeeldig getuige van de rituele moord op de stier en ontving hij het bebloede zwaard als symbool van zijn verlichting. Het schijnt dat de kandidaat ook deelnemer was aan het Mithras-mythe om zich te kunnen vereenzelvigen met de godheid.

Dat geheel van inwijdingen was ingebed in lange onthoudingen en lichamelijke kastij-dingen. Over details van de initiaties zijn we onvoldoende ingelicht vanwege de geheimhouding die over de riten lag. Wel is bekend dat er zeven inwijdingsgraden waren met de benamingen: kraai of raaf, jonge echtgenoot of de verborgene, de soldaat, de leeuw, de Pers, de zonnebode en de hoogste graad, de Vader.

Met een beetje fantasie is het verloop van de initiaties uit de namen af te lezen. Hoe ze tot stand kwamen is vrijwel onbekend. Hooguit geeft een citaat van Origenes een vage indicatie. Het Mithraïsme werkte met een ladder van zeven sporten en op elke sport een poort, vervaardigd van een bepaalde metaalsoort. De twee hoogste poorten waren uiteraard van zilver en goud. Bovenop de ladder bevond zich een achtste poort. De weerslag daarvan was een achthoekig inwijdingsvertrek. In het midden stond een rustbank. De gedrogeerde kandidaat lag daarop en concentreerde zich op de voor hem bestemde spiegel. Daarin werden visioenen zichtbaar voor zover de zintuigen van zijn ziel die konden waarnemen. Recente experimenten hebben de Amerikaanse psychiater Raymond Moody ervan overtuigd dat spiegelkijken onder bepaalde condities inderdaad visionaire indrukken met zich kan meebrengen.

Opvallend is dat Christus de figuur is van de achtste dag, ook het nieuwe Jeruzalem genaamd. Geboren in Bethlehem, de stad met de naam die in Hebreeuwse letters het getal 490 laat zien, is het zijn bestemming de 490 te overschrijden en tot in de 500 te komen, de achtste dag. Pinksteren is, zoals we weten het feest van de vijftigste dag, dus komend na de 49 dagen (7x7) die verstreken zijn sinds het paasfeest. Met Pinksteren begint de invloed van het nieuwe bewustzijn. Waarschijnlijk droeg dat in de Mysteriën van Mithras de benaming van die oude Vedisch-Iraanse en Romeinse lichtgod.

De drie geestelijke inwijdingen betroffen de Pers, de zonnebode en de Vader. De Iraanse afstamming verklaart de hoge waardering van de landsnaam Pers. Deze titel duidt, denk ik, op de verwijding van het denken tot goddelijke maat. Daarna is de zonnebode inderdaad de myste die intuïtief namens de godheid kan optreden, terwijl de Vader-inwijding de definitieve vereniging met de godheid aangeeft. Hoe dat tot stand kwam weten we niet, maar er zijn aanwijzingen dat daar een rituele doodsbeleving aan te pas kwam.

De zwakte van de Mithras-religie lag in het losse verband. Hoewel het een paar honderd jaar de belangrijkste godsdienst was in een gebied tussen de Zwarte Zee en de Noordzee bestond er nauwelijks enige communicatie tussen de afzonderlijke gemeenschappen. Terwijl het Christendom zich onder de krachtige leiding vanuit Rome kon verbreiden stortte het Mithras-bouwwerk door het ontbreken van enige interne constructie krakend in elkaar. Toch liet Mithras zich niet totaal verdrijven. Als de aartsengel Michaël leefde hij voort en vestigde hij zich aan het hoofd van de engelenscharen.

Geraadpleegde boeken:
    G.R.S.Mead: De Mysteriën van Mithra
    B.J. van der Zuylen: Mysteriën en inwijdingen in de oudheid
    C.A. Wauters, Mithras